Usages of het feest
Voor het feest moeten we ons goed voorbereiden en de tafel mooi dekken.
For the party, we must prepare ourselves well and set the table nicely.
Mijn zus wast zich voor het feest, terwijl ik me aankleed en geniet van de muziek.
My sister washes herself for the party, while I get dressed and enjoy the music.
Ik vergis me soms in het tijdstip van het feest, maar gelukkig kan ik mij dan nog voorbereiden.
I sometimes mistake the time of the party, but fortunately I can still prepare.
Om mijn herinnering aan het feest levend te houden, zal ik iets tekenen.
To keep my memory of the party alive, I will draw something.
Het is soms moeilijk om alles te plannen, daarom wassen we ons snel en kleden we ons minstens een uur voor het feest aan.
It is sometimes difficult to plan everything, that’s why we wash ourselves quickly and get dressed at least an hour before the party.
Wij vieren samen het feest met onze familie.
We celebrate the party together with our family.
Wij genieten van het gezelschap tijdens het feest.
We enjoy the company during the party.
Zij bereidt zich voor op het feest.
She prepares herself for the party.
Iedereen kan zich ontspannen en genieten van het gezelschap tijdens het feest.
Everyone can relax and enjoy the company during the party.
Ik wil graag weten wat het tijdstip van het feest is.
I would like to know what the time of the party is.
Wij zullen na het feest over de gebeurtenis praten.
We will talk about the event after the party.
Ik herinner me de datum van het feest.
I remember the date of the party.
Hij doet het werk voor het feest.
He does the work for the party.
Elon.io is an online learning platform
We have an entire course teaching Dutch grammar and vocabulary.
Your questions are stored by us to improve Elon.io
You've reached your AI usage limit
Sign up to increase your limit.