Usages of de app
De app vraagt om zijn wachtwoord en om zijn bankpas.
The app asks for his password and for his debit card.
Ik gebruik de app om naar muziek te luisteren.
I use the app to listen to music.
Wifi-snelheid kun je testen met een app.
You can test Wi-Fi speed with an app.
Ik log in op de app.
I log in to the app.
Wie ziek is, die kan zich via de app tijdig afmelden.
Whoever is ill can deregister in time via the app.
Ik stuur het bericht via de app.
I send the message via the app.
Anna wil zich vanavond via de app afmelden.
Anna wants to deregister via the app tonight.
Hoe handig is het dat jij mij op de hoogte houdt via die app!
How handy it is that you keep me updated via that app!
Wij houden Anna op de hoogte via de app.
We keep Anna updated via the app.
Elon.io is an online learning platform
We have an entire course teaching Dutch grammar and vocabulary.