Ik wil niet per se winnen; ik wil vooral leren.

I don’t necessarily want to win; I mainly want to learn.

Breakdown of Ik wil niet per se winnen; ik wil vooral leren.

• ik: I
• niet: not
• leren: to learn
• willen: to want
• winnen: to win
• vooral: mainly
• per se: necessarily

Questions & Answers about Ik wil niet per se winnen; ik wil vooral leren.

What does per se mean here? Is it the same as in English?

In Dutch, per se is common and has two main uses:

• necessarily/by definition: in the fixed phrase niet per se = “not necessarily.”
• absolutely/at all costs: Ik wil per se winnen = “I absolutely want to win (at all costs).”

In your sentence, niet per se means “not necessarily.”

How do you spell per se in Dutch? Any accents or hyphens?

• Always two words: per se.
• No accents: not per sé.
• No hyphen: not per-se.
• It’s from Latin, but you don’t need italics in normal writing.

What’s the difference between niet per se winnen and per se niet winnen?

• Ik wil niet per se winnen: Winning is not a goal in itself; it’s not necessary. You might still be fine with winning.
• Ik wil per se niet winnen: You absolutely do not want to win. You insist on not winning.

The word order changes the scope: in the second, per se intensifies the niet.

Why is it niet and not geen?

• Use geen to negate a noun phrase without a determiner: Ik wil geen prijs (I don’t want a prize).
• Use niet to negate verbs, adjectives, adverbs, prepositional phrases, or a specific noun with an article: Ik wil niet (per se) winnen negates the action, so you need niet.

Why is wil in second position and winnen/leren at the end?

Dutch main clauses follow the “verb-second” (V2) rule:

• The finite verb (wil) goes in position 2.
• With modal verbs (like willen), the infinitive (winnen/leren) goes to the clause-final position.
• Adverbs like niet per se and vooral typically come before the infinitive they modify. Example: Morgen wil ik vooral leren.

Could I say Ik wil leren vooral instead of Ik wil vooral leren?

Normally no. Place vooral before what it modifies:

• Natural: Ik wil vooral leren.
• Odd/marked: Ik wil leren, vooral. (only works with a dramatic pause in speech)
• Unnatural: Ik wil leren vooral.

Would hoeven be more idiomatic than willen for “not necessarily have to win”?

Often yes:

• Ik hoef niet per se te winnen; ik wil vooral leren. Using hoeven expresses lack of necessity. Note it requires te with the infinitive: (niet) hoeven te + infinitive.

What’s the nuance of vooral? How does it compare to voornamelijk, met name, in het bijzonder?

• vooral = mainly/primarily (neutral, very common): Ik wil vooral leren.
• voornamelijk = principally/primarily (more formal): Ik wil voornamelijk leren.
• met name = especially/namely (used to single out items, often nouns): Ik wil leren, met name grammatica.
• in het bijzonder = in particular (formal emphasis): Ik wil in het bijzonder leren. In your sentence, vooral is the most natural.

Is the semicolon necessary? Could I use a comma or maar?

• The semicolon neatly joins two closely related main clauses without a conjunction.
• A comma is possible in informal Dutch, but style guides often prefer a semicolon or a conjunction.
• Very natural alternative: Ik wil niet per se winnen, maar ik wil vooral leren.
• After a semicolon, don’t capitalize ik (unless it starts a new sentence).

Is Ik wil… too direct? How can I make it more polite?

It’s fine, but to soften:

• Add graag: Ik wil graag vooral leren.
• Use conditional: Ik zou vooral willen leren.
• Combine: Ik zou graag vooral willen leren.

How do you pronounce key words like per se, vooral, winnen, leren?

Approximate IPA and stress:

• per se: [pɛr ˈse] (stress on se; Dutch r varies by region)
• vooral: [voːˈrɑl] (stress on the last syllable)
• winnen: [ˈʋɪnə(n)]
• leren: [ˈleːrə(n)]
• wil: [ʋɪl], niet: [nit], ik: [ɪk] Tip: Dutch w is [ʋ], not English [w].

Does winnen need an object? When do I use winnen van, verslaan, or overwinnen?

• winnen can be intransitive: We hebben gewonnen (We won).
• To say you beat someone: winnen van
  • person/team: We hebben van hen gewonnen.
• verslaan (transitive “defeat”): We hebben hen verslagen.
• overwinnen = “overcome” (fear, problems): angst overwinnen.

Could I use liever to express preference?

Yes, but it shifts the nuance from “primarily” to “rather/sooner”:

• Ik wil liever leren dan winnen. (I’d rather learn than win.)
• Superlative: het liefst: Ik wil het liefst leren. Your original vooral emphasizes main focus; liever emphasizes comparative preference.

Why is there no te before winnen/leren?

With core modals—kunnen, moeten, mogen, willen, zullen—Dutch uses a bare infinitive:

• Ik wil leren. not ✗ Ik wil te leren. Note: hoeven is different; it requires te: Ik hoef niet te winnen.

How do past-tense forms work: wilde vs wou?

Both are standard for the past of willen:

• Ik wilde niet per se winnen; ik wilde/wou vooral leren.
• wou is more informal and very common (also standard), wilde is neutral.

What about person endings: wil or wilt?

• 1st person: ik wil.
• 2nd person: both jij/je wil and jij/je wilt are accepted; with inversion you normally drop -t: Wil je…?
• 3rd person: hij/zij wil (no -t).