Usages of jouw
Zal jij jouw jas opbergen voordat wij vertrekken?
Will you store away your coat before we leave?
Zal jij jouw boek lezen na het avondeten?
Will you read your book after dinner?
Wil je jouw wisselgeld bewaren, of geef je het meteen uit aan iets lekkers?
Do you want to keep your change, or will you immediately spend it on something tasty?
Jouw tekening is ook fraai, en hij past perfect bij het thema van onze woonkamer.
Your drawing is also beautiful, and it fits perfectly with the theme of our living room.
Ik heb vertrouwen in jouw plan, want je legt alles duidelijk uit.
I have trust in your plan because you explain everything clearly.
Elon.io is an online learning platform
We have an entire course teaching Dutch grammar and vocabulary.