Usages of besluiten
Ik besluit om morgen te helpen, omdat ik veel redenen heb om sneller klaar te willen zijn.
I decide to help tomorrow because I have many reasons to want to be finished faster.
Ik besluit om met mijn nicht te gaan wandelen, want we willen sneller in conditie komen.
I decide to go walking with my niece because we want to get in shape faster.
Wij besluiten ter plekke om een hotelkamer in de stad te reserveren.
We decide on the spot to reserve a hotel room in the city.
Elon.io is an online learning platform
We have an entire course teaching Dutch grammar and vocabulary.